Zeevloerspreiding en platentektoniek
%20columbia%20unijpg.jpg)
De eerste diepteprofielen van de Atlantische Oceaan, genomen tijdens een oceaanexpeditie geven het reliëf van de Atlantische Oceaan weer
© Lamont Geological Laboratory, Columbia, VS.
Dankzij de ontdekking van een oceaanrug in de Atlantische Oceaan tijdens een van de eerste grote oceaanexpedities werd de theorie van de continentendrift bevestigd. Zo’n oceaanrug bleek geen gewoon onderzees gebergte, maar eerder een scheur in de aardkorst waar vulkanische activiteit en gesteente werden aangetroffen. De aarde was hier geen slapende reus! Merkwaardig genoeg lopen over de hele aardbol zulke oceaanruggen, met elkaar verbonden als de naden van een baseball. De Mid-Atlantische Rug veranderde algauw in een kerkhof van meetapparatuur om het geheim van deze oceaanruggen te ontrafelen. Zo leidde het prille onderzoek van de oceaan tot een nieuwe theorie, de ‘zeevloerspreiding’.
Een oceaanrug vormt namelijk de grens tussen twee oceaanplaten. Deze bewegen van elkaar weg terwijl er in de oceaanrug zelf nieuwe aardkorst wordt gevormd. Pasgevormde aardkorst bestaat uit basaltisch magma dat op geringe diepte van 200 m ontstaat. Het magma stolt in zeewater en maakt na afkoeling aan weerszijden van de scheur nieuwe oceaanbodem aan. De platen bewegen aan een snelheid te vergelijken met een groeiende teennagel. De prille oceaankorst is nog warm en licht. Naarmate de oceaankorst verder van de oceaanrug reist, koelt hij af, wordt ouder, groeit aan en verzwaart. Hier duikt de dunne oceaankorst (7 tot 10 km dik) met al zijn gewicht onder de continentale korst (20 tot 70 km dik), een proces dat we subductie noemen. Subductie gaat gepaard met aardbevingen. De hele Pacifische (Grote) Oceaan is omgeven door subductiezones. In deze actieve ‘ring van vuur’ doen zich veel aardschokken voor met soms een tsunami als gevolg. Om de oceaankorst al krakend in de asthenosfeer te trekken, speelt de zwaartekracht een belangrijke rol. In deze subductiezones vinden we de diepzeetroggen. Er werkt dus zowel een trekkracht in de diepzeetrog als een rugduwkracht uit de oceaanrug. Diep onder de trog recycleert de mantel de oceaankorst en wordt er van de korst ondiep magma gevormd.
Al deze bevindingen vormden samen dé evolutietheorie van de aardwetenschappen, die de vorming van continenten en oceanen verklaart, gekend als de platentektoniek.

Vorming van nieuwe oceaankorst en subductie van oude oceaankorst